De staatssecretaris van Financiën heeft de memorie van antwoord inzake het wetsvoorstel tot afschaffen van de verklaring arbeidsrelatie naar de Eerste Kamer gestuurd. Het wetsvoorstel heeft de naam Wet deregulering beoordeling arbeidsrelaties meegekregen. De strekking van het wetsvoorstel is het herstellen van de balans in verantwoordelijkheden van opdrachtgever en opdrachtnemer en verbetering van de mogelijkheden tot handhaving.
De huidige regeling van de VAR schiet op deze punten te kort. Handhaving bij de opdrachtgever is vrijwel niet mogelijk, omdat de Belastingdienst daarvoor dient te bewijzen dat de opdrachtgever frauduleus heeft gehandeld. Alle risico’s liggen in de huidige systematiek bij de opdrachtnemer. Wanneer de Belastingdienst achteraf constateert dat een arbeidsverhouding als dienstbetrekking moet worden aangemerkt, wordt de opdrachtnemer geconfronteerd met naheffingen. Verder creëert de VAR slechts schijnzekerheid, omdat geen oordeel over de fiscale status van de opdrachtnemer wordt gegeven.
In de nieuwe opzet worden echte zelfstandigen niet onnodig belast met papierwerk en verbeteren de mogelijkheden van handhaving. De staatssecretaris denkt dat nog deze maand de eerste voorbeeldovereenkomsten zullen worden gepubliceerd op de website van de Belastingdienst. Hij verwacht dat de nieuwe systematiek op 1 januari 2016 in werking kan treden.