Per 1 januari 2013 is de eigenwoningregeling in de inkomstenbelasting veranderd. Voor nieuwe gevallen geldt sinds die datum dat betaalde hypotheekrente alleen aftrekbaar is als de schuld gedurende de looptijd ten minste annuïtair en in ten hoogste 360 maanden volledig wordt afgelost. Voor op 1 januari 2013 bestaande gevallen geldt overgangsrecht, waardoor de rente in die gevallen aftrekbaar blijft ook als niet wordt afgelost op de schuld.
Het overgangsrecht is niet altijd van toepassing. Na het overlijden van hun ouders in 2012 probeerden beide erfgenamen de ouderlijke woning te verkopen. De nalatenschap was nog niet verdeeld. Een van beide erfgenamen woont sinds 1 mei 2013 in de woning. Hij betaalt de rente van de op de woning rustende aflossingsvrije hypotheekschuld. De vraag in een procedure voor de rechtbank was of de in 2014 betaalde hypotheekrente aftrekbaar was als rente voor de eigen woning. De inspecteur weigerde de aftrek, omdat deze hypotheekschulden niet onder het overgangsrecht vallen. De woning was pas op 1 mei 2013 een eigen woning voor de erfgenaam geworden. Daarom kon er geen sprake zijn van een op 1 januari 2013 bestaande eigenwoningschuld. Dat betekent dat de nieuwe eigenwoningregeling van toepassing is. Volgens deze regeling is rente alleen aftrekbaar als de hypotheekschuld wordt afgelost. De rechtbank deelde de opvatting van de inspecteur en stond aftrek van de betaalde rente niet toe.