Nadat de AOW-leeftijd vanaf de invoering jarenlang 65 jaar is geweest, wordt deze met ingang van 2013 geleidelijk verhoogd tot in 2023 de AOW-leeftijd 67 jaar bedraagt. Daarna wordt de AOW-leeftijd gekoppeld aan de stijging van de levensverwachting. Voor het eerst in 2024 zou dan een verdere verhoging mogelijk worden indien de gestegen levensverwachting daartoe in 2019 aanleiding zou geven. Het kabinet heeft nu een wetsvoorstel ingediend om de verhoging van de AOW-leeftijd te versnellen. De achtergrond van dit wetsvoorstel is bezuiniging op de overheidsuitgaven.
Het wetsvoorstel komt erop neer dat al in 2021 de AOW-leeftijd op 67 jaar wordt gesteld en dat de koppeling aan de stijging van de levensverwachting in 2022 ingaat. Die aanpassing vindt plaats in stappen van drie maanden per jaar.
De voorgestelde vaste aanpassing van de AOW-leeftijd is als volgt:
In 2016: 65 jaar en zes maanden;
In 2017: 65 jaar en negen maanden;
In 2018: 66 jaar;
In 2019: 66 jaar en vier maanden;
In 2020: 66 jaar en acht maanden;
In 2021: 67 jaar.