Autorijden kost veel geld. Dit komt voor een groot deel doordat de overheid over de aanschaf van personenauto’s en motorrijwielen een belasting heft: de BPM. Veel ondernemers maken gebruik van een vrijstelling voor de BPM, namelijk als ze een bestelauto aankopen.
Zij kunnen onder voorwaarden een bestelauto aanschaffen zonder dat daarover BPM wordt geheven. Eén van de voorwaarden is dat de bestelauto meer dan bijkomstig voor de onderneming wordt gebruikt. Dit wil zeggen dat de auto voor minimaal 10% zakelijk moet worden gebruikt.

In dit artikel wil ik de ondernemers die hiervan gebruik maken, waarschuwen voor het risico van naheffing van BPM als zij de auto binnen 5 jaren weer verkopen, of niet langer voor de onderneming gebruiken.

Als de auto wordt verkocht aan een andere ondernemer is er niets aan de hand: de “BPM claim” wordt dan doorgeschoven naar de kopende ondernemer. Het wordt pas spannend als u de auto verkoopt aan een particulier of aan een ondernemer die niet aan de voorwaarden voldoet. Dan moet er alsnog BPM worden betaald. En niet door de kopende partij, maar door de laatste eigenaar die niet door middel van een zogeheten “doorschuifverklaring” kan aantonen dat de bestelauto is gekocht door een ondernemer die aan de voorwaarden voldoet.
Zorg er dus als verkoper altijd voor dat u een doorschuifverklaring in uw bezit heeft!

Er zit nog een addertje onder het gras: normaal vermindert de BPM naar gelang de auto ouder wordt. Bij het opleggen van een naheffingsaanslag zoals hiervoor beschreven, kijkt de fiscus niet naar de ouderdom op het moment van de laatste aankoop, maar naar de ouderdom op het moment van verkoop door de laatste eigenaar die een doorschuifverklaring bezit. De Belastingdienst keurt inmiddels wel goed dat er alsnog met terugwerkende kracht een doorschuifverklaring wordt opgesteld. Maar ja, dat is niet altijd meer mogelijk.
Klik hier voor de link naar het formulier.

Natuurlijk kunt u ons altijd benaderen voor een advies in uw situatie.