De bijtelling voor de auto van de zaak is voor velen bekend. Minder bekend is dat hierover Btw verschuldigd is. In een eerder bericht hebben wij over dit laatste een column geschreven die dit uitlegt en over de discussie die hierover speelt. Zie daartoe het artikel “De auto en de bijtelling van omzetbelasting“. De bijtelling moet worden aangegeven in de laatste aangifte van het jaar, dus kunnen we tegen de bijtelling over 2011 nu bezwaar indienen.

Om een (verdere) chaos bij de Belastingdienst te voorkomen en uit efficiëncyoverweging kan dit bezwaar collectief worden ingediend. Dit hebben we voor al onze cliënten gezamenlijk uitgevoerd.

Achtergrond:

Vanaf 1 juli 2011 gelden er nieuwe regels voor het privégebruik van de auto van de zaak. Onder andere op grond van een uitspraak van Rechtbank Haarlem van 1 juni 2011 en een lopende zaak bij het Hof van Justitie (zaak C-594/10) kan bezwaar worden gemaakt tegen de btw-correctie privégebruik auto.

Overigens:

In onze nieuwsbrieven schenken we ook regelmatig aandacht aan attentiepunten in de Btw aangiften, zie nieuwsbrieven.

TOEGEVOEGD OP 10 mei 2013:

Reden bezwaarschriften

Voornoemd bezwaar was gericht tegen de ongelijke behandeling van schone en meer vervuilende auto’s. De rijder van een schone auto betaalt geen of een lagere bijtelling voor het prive gebruik van de zakelijke auto en btw-correctie hierover was daardoor automatisch ook lager of zelfs nihil. Dit verschil in btw-correctie is niet toegestaan, stelde Rechtbank Haarlem in 2011. Voor de btw-correctie is van belang hoeveel btw op de autokosten drukt en hoe vaak de auto privé is gebruikt. Het type van de auto en allerlei verschillen in technische specificaties, zoals verbruik en CO²-uitstoot, zijn daarbij niet van belang. Er is geen reden om te veronderstellen dat met een milieuvriendelijke auto meer of juist minder privé wordt gereden dan met een milieuvervuilende auto. De rechtbank besliste verder dat ondernemers de gunstige, lagere btw-correctie voor milieuvriendelijke auto’s – met een beroep op het gelijkheidsbeginsel – ook kunnen toepassen bij milieuvervuilende auto’s met een hogere bijtelling voor het privégebruik. Hof Amsterdam bevestigde die uitspraak.

Reactie Ministerie van Financiën

Financiën vreesde een forse derving van de belastingopbrengsten en voerde per 1 juli 2012 een nieuw systeem in. Daarbij werd het privégebruik aangemerkt als fictieve dienst en belast naar het werkelijke privégebruik van de auto in dat jaar. Om administratieve lasten en uitvoeringskosten te beperken mocht de verschuldigde btw forfaitair worden gesteld op 2,7% van de catalogusprijs van de auto, inclusief btw en BPM.

Uitspraak

De Hoge Raad is het eens met Rechtbank Haarlem en Hof Amsterdam dat de btw-correctie voor privégebruik auto die tot 1 juli 2011 gold, ondernemers met milieuvriendelijke auto’s ontoelaatbare bevoordeelde. Financiën maakte daar met die regeling een einde aan. De ongelijke behandeling ten opzichte van ondernemers met milieuvervuilende auto’s is ook volgens de Hoge Raad in strijd met het gelijkheidsbeginsel. Dat kan er echter niet toe leiden dat ondernemers de gunstiger btw-regeling voor ‘schone’ auto’s ook voor ‘vuile’ auto’s kunnen toepassen. Zo ver reikt het gelijkheidsbeginsel volgens de Hoge Raad niet. Deze bezwaren zullen naar verwachting dus worden afgewezen. Ook een eventueel verzoek om onkostenvergoeding zal naar waarschijnlijk niet standhouden omdat een voorwaarde voor toekenning hiervan is dat er onjuiste bedragen zijn betaald.

Heel veel ondernemers rekenden op een leuke btw-teruggave vanwege de te veel afgedragen omzetbelasting over het privégebruik van vuile auto’s van de zaak in de btw-tijdvakken vóór 1 juli 2011. De Belastingdienst heeft ruim 300.000 bezwaarschriften ‘gescoord’ in deze kwestie. Die zullen nu allemaal worden afgewezen. Voor ondernemers met zo’n ‘vuile’ auto van de zaak rest een schrale troost: hun ongelijke behandeling is erkend en daarom is het belastingvoordeel voor ‘schone’ auto’s per 1 juli 2012 teniet gedaan.